|
Vader, die scheppend mijn geest bewoont,
ik teken mijn hoofd met uw heerlijkheid.
Zoon, die zingend mijn lichaam bewoont,
ik teken mijn schoot met begeerlijkheid.
Geest, die ademend mijn ziel bewoont,
ik teken mij met U schouder aan schouder.
Amen. God die minnend mijn hart bewoont,
ik leg mijn hand op U, zegel op mijn borst
Aan U, GodGodin wijd ik mijn dagen om U
te omarmen met het werk van mijn handen,
te strelen met de vruchten van mijn geest,
te kussen met de woorden van mijn hart.
|