Het ei
Zaden van granen en grassen
zijn de bevruchte eieren
boordevol levenskracht
volgeladen met leven waar
uit de halmen en sprieten
wassen en oprijzen
tot een wuivend korenveld
en een weelderig weiland.
Niet de bevruchting maar
de vruchtzetting is
de aanvang van een langdurig
wordingsproces van nieuw leven.
De rijpende aren zijn het
die in een stuivende wolk
van bevruchting klaar komen,
voor uiteindelijke baring.
*
Het zaad, als de bevruchtende
bewegende krachtuitleving
van mannelijke overvloedigheid,
lijkt in het geboorteproces
het kerngebeuren, maar
alles draait om het ei:
alle eitjes samen zijn
de vrouwelijke werkelijkheid.
Het ei, de vrouw, ontvangt,
ontwikkelt, voedt het kind
voor en na de geboorte.
Zij draagt in zich de kiem
van leven die door de man
enkel even wordt beroerd.
Zij is baarmoeder, moederaarde.
Maya - haar eitje is godin.
|
|