'Fecit potentiam in brachio suo'
(Magnificat v. 6)
En de engel trad bij Maria binnen,
Joseph brandend van begeerte,
met krachtige armen
en handen vol tederheid.
Hij, engel van de liefde,
potente man die goddelijk
zaad zaaide in het bed
van de vruchtbaarheid.
In die negen maanden
zong Maria weer haar Magnificat
en Joseph zong mee om de trotsen
van harte uiteen te drijven.
Werd dit hun liefdeslied,
het strijdlied dat Jezus al
hoorde in Maria’s schoot?
Jezus zong al mee.
|
|