Ziende de Onzienlijke
De schepping is vol van leven
maar het leven is niet te zien.
Wij staan in het licht
maar het licht is niet te zien.
Wij bestaan uit liefde
maar de liefde is niet te zien.
Leven licht liefde -
zij zijn door te zijn in.
Alleen de uitwaaiering van leven,
de schittering van licht,
de duizeling van Tiefde
is waar te nemen.
God, U, bent niet te zien
want U bent het leven,
het licht en de liefde
in alles wat bestaat.
Daar kunnen wij zien hoe
U alles met uzelf vervult.
Ik ben een ziende blinde
die met zijn handen
alleen maar beelden tasten,
de geboorte proeven kan
van uw aanwezigheid
en dan mijn ogen sluit.
Ik ruik U in het voorbijgaan,
ik hoor woorden uit het niets.
O, als mijn ogen opengaan -
hoe zal uw aangezicht
voor mij verrukking zijn
als U mijn ogen kust.
|
|