De jongste dag
Het licht van God
is doorgebroken.
Wijd open staan je ogen
naar het licht.
Het waas van wantrouwen,
wrevel en verzet
dat als een mist hing
van mens tot mens
is verdampt en opgetrokken
in de straling,
in de warme gloed
van de Zon.
Ik zie nu hoe jij,
klaar als de zon
het gelaat van God
weerspiegelt.
|
|